Varkenscyclus

De term varkenscyclus komt uit het boerenleven. Het was een gedrag van varkensboeren die menigeen opviel. Op het moment dat varkens voor hoge bedragen verkocht werden aan de vleesverwerkende industrie gingen boeren meer varkens houden en dachten daarmee nog meer winst te genereren. Wanneer de varkens verkoopwaardig waren, kwam ineens veel te veel varkensvlees op de markt omdat vele andere boeren precies dezelfde gedachte hadden gehad, het vlees werd dus uiteindelijk veel goedkoper en de winst werd marginaal. Daardoor namen de boeren minder varkens en dat leidde enige tijd later weer tot een tekort en steeg de prijs en het hele liedje begon van voren af aan.

Wanneer je door de jaren heen kijkt naar de gemiddelde waardering van aandelen op de beurzen wereldwijd, zal je een golfbeweging zien. Een aantal jaren gaan de koersen omhoog, een aantal jaren gaan de koersen naar beneden.

Over de (zeer) lange termijn stijgen de beurskoersen. Die golfbeweging is gerelateerd aan een stijgende of dalende economie. De beurskoersen lopen altijd voor op deze economische golfbeweging ook wel varkenscyclus genoemd.

Vreemd voor buitenstaanders, terwijl het aantal werklozen door een krimpende economie nog aan het stijgen is, loopt de beurs vooruit op wat komen gaat: men voorziet een weer stijgende economie met stijgende winstkoersen. Daardoor zullen beleggingsproducten al weer gaan stijgen. Aandeelhouders zijn dus altijd op de toekomst gericht vandaar dat men voorloopt op deze economische cyclus.